Auto Motor Klassiek No. 4 April 2001

Rijden met een glimlach

Koop deze auto's nooit!

De BMW 3 liter Coupé's

Door Dolf Peeters

Aan het begin van de zestiger jaren kreeg BMW weer wat financiële armslag en beduidend meer lef. Er kwamen weer grotere auto's. Geheel in de traditie van het huis werden die 'grotere auto's' ook als Coupé leverbaar. Dat begon met de 2000 Cs en begon heerlijk uit de hand te lopen met de 2800CS. Vanaf 1971 groeide dat vlaggenschip in de vorm van een speedboat naar een krappe drie liter slagvolume. De 3.0 CS werd geboren...

Onder een ongelukkig gesternte
Achteraf kijk je de koe onder zijn staart... Dat is dus makkelijk scoren. Zelfs in hun opperste 'Gründlichkeit' hadden de Duitsers -die toch altijd al een milde voorkeur voor 'Grosser & Schneller' hadden- geen rekening gehouden met de volledig op marktmanipulatie gebaseerde oliecrisis Dat deed niets af aan de pret van de drie liter Coupé en zijn afgetrainde broertje met aluminium kleppen, deuren en plexiglazen zijvensters, de 3.0 CSL. De situatie die ons in ongebreidelde handel in op losse kentekens geschreven benzinebonnen opleverde, was de doodsteek voor deze heerlijke wagens. Al met al zijn er maar ruim 10.000 drieliters gemaakt... Daarbij kwamen er nog krap twee duizend CSL's, de van vleugels en dubbele hoeveelheid paarden voorziene "Batmobiles"... En er zijn weinig overlevenden.

Veel voortijdig overledenen
De drieliter Coupé's waren uitbundig sportief. Hun inzet was daar ook vaak naar. De high preformance motoren werden met het zweet op de kleppendeksels over Autobahnen en circuits geranseld. De CSL's wokkelden zich tegen vangrails en stampvoetten in grindbakken. Bovendien roestten de mooie Coupé's als de hel over alle strekkende meters plat. Het losrotten van complete neuzen wordt tegenwoordig met een schouder ophalen afgedaan; "Dat doen ze nu eenmaal". Dezelfde laconiekheid speelt onder kenners bij het vernoemen van verdampte dorpels, krokante bodemplaten, nog louter virtueeel aan wezige reservewielbakken en kofferbakken die elk moment via de perforaties de eeuwigheid kunnen verliezen. Laconieke kenners zijn vaak heel andere mensen dan potentiële, door liefde verblinde, kopers.

En wat betekent dat voor die verliefde koper?
Het kopen van de snelste en grootste Coupé's zou onder de wet op de kansspelen moeten vallen. Regelmatig worden er exemplaren aangeboden die door een glanzende laklaag nog steeds zo betoverend mooi zijn, als dat ze ooit op de eerste rij in de showroom waren. In de praktijk zijn deze 'wannabees' te vergelijken met het mooiste meisje in het dorp waarvan aleen de verkering weet dat ruzie en hoofdpijn in de praktijk het meest kenmerkend zijn voor de beauty in kwestie. En je blijft je verontschuldigen voor dingen die jij niet gedaan hebt. En het blijft maar kosten. En aleen de slijter wordt er beter van. Zo'n soort auto dus...

Gaat het dan altijd mis?
Nou nee. Maar als het goed gaat, gaat het steeds minder mis. Maar daar gaat meestal een heel verhaal aan vooraf. Deze 3 liet is daar een schitterend voorbeeld van. AMK vond de BMW bij Cult Cars. Alle bedenkingen bij deze schoonheid en het soort op zich, worden blij van zin beaamd door Bas van Zwienen, de BMW-goeroe. Deze auto is er zelfs een schoolvoorbeeld van. De eerste eigenaar kocht de Coupé - NIET bij Cult Cars!- als glimmenden voormalige Zwitser. De toestand onder de lak bracht hem op het idee dat deze BMW geen oprechte asielzoeker, maar een uitgeprocedeerde en uit het land gezette zwendelaar van onduidelijke afkomst was. Met een heel diepe zucht gaf de eigenaar toestemming een heel nieuwe neus te transplanteren. Het reparatiebedrijf dat de klus -vakkundig- zou klaren meldde dat de dorpels ook heen waren... Nou ja, dat ging dan in één keer door. Wat aangeslagen deed Eigenaar A de BMW over aan Eigenaar B. Eigenaar B zorgde ervoor dat de auto een gasinstallatie kreeg, daar motorisch van overleed en weer vakkundig gereanimeeerd werd. Bovendien kreeg de BMW een nieuw, ambachtelijk in Polen gestikt lederen interieur waarvan de donorkoeien tot op dat moment een veel probleemlozer leven hadden gehad dan de BMW. Zelfs de stiknaden kloppen. Inmiddels was de naar zijn leeftijd perfecte auto toch een tegenvaller. Hij ging weer een deur verder. De laatste eigenaar kon, ook na het werk en de investeringen niet de geestelijke overstap vanuit zijn lease bak naar een klassieker maken. Want al met al blijft ook een heel mooie 3.0CS natuurlijk een auto van zo'n dertig jaar oud. En wanneer je als trotse eigenaar dan al mateloos geïrriteerd raakt van een lekje in een radiatorslang en een huilend lagertje in de dynamo, dan ben je toch weer echt toe aan een... Nou ja, laat maar. Het kan ook te dol worden. De koffie is ruimschoots op. De autohistorie is besproken. Bas heeft alles over zijn nieuwe pand verteld. Er kan gereden worden. De blauwe Coupé staat er, uitgestrekt als een tevreden over mussen dromende kat, bij.

Een feest voor het oog
Alle bewezen en toegezegde nukken daargelaten, een BMW 3.0 CS is een beeldschone auto. De extra lengte die de zescylinder nodig had zit hem in de lengte, in de neus. Iedereen die deze auto lelijk vind heeft domweg geen smaak. Natuurlijk is de opmerking dat deze BMW niet jouw smaak is wel verdedigbaar. Het is altijd grappig wanneer ronduit forse auto's toch een elegante indruk kunnen maken. Die ontwerpersgave die ooit alleen werd toegeschreven aan Jean Bugatti blijkt ook opgeld te doen bij de vormgeving van deze BMW. Goed. De deuren lijken metersbreed open te zwaaien. Door het forse formaat van de BMW gaat instappen veel makkelijker dan de lange, laaggestrekte lijnen suggereren. Die deuren zijn de volle 1045 millimeters lang. Per stuk. Deze Coupé is, zoals het in zijn prijsklasse betaamt, veertigplusser compatibel. Vorige maand ging de instap bij de ASA nog het best nadat we er een schoenlepel hadden bijgehaald. Alles in de BMW ademt ruimte en licht. Er is maar een heel klein gaatje in de wolken nodig en de blije inzittenden wanen zich in een chique serre met een heerlijk uitzicht. Doordat een deel van het glas van de kas nog tamelijk recht staat, valt het broeikaseffect mee. Alleen Calvinisten van de ergste soort zullen zich er aan storen dat je als inzittende zo ongeveer in een etalage zit. Al zittend hoef je per slot van rekening niet telkens schichtig naar de vloer te kijken om blikken van de mensen te ontwijken. Het volstaat al, en daarbij is het reuze leuk, om rustig over de honderden meters lange motorkap naar de kim te turen. Een rustige blik door het interieur is zo af en toe dan een prettige excursie voor het oog. Het instrumenten paneel noodt tot bezinning en geluk. Lach maar niet, zo ga je vanzelf praten wanneer je in een CS stapt. Het gebeurt ook bij de wat voorzichtiger gemotoriseerde modellen. Starten doe je totdat je niet meer hoort dat de motor loopt. Mooie dingen, die zes in lijns van BMW! Daarna komt er iets raars. Deze CS heeft niet de doorgaans bestelde en geleverde handgeschakelde bak. Ondanks zijn Europese historie heeft deze auto een automaat aan boord. Nu heeft de drie litermotor natuurlijk vermogen en koppel genoeg om zo'n pomp prettig bezig te houden terwijl er toch nog genoeg paarden overblijven om de achteras aan het werk te houden. Eigenlijk wordt de CS met deze bak een perfecte Cruiser. De goed schakelende automaat onderstreept nog eens fijntjes de zachte, ronde loop van de motor. Met zo'n transmissie mist de BMW net die prikkel die berijders van het blauw witte merk zo vaak een rood waas voor de ogen bezorgt. Moderne jeugd zou opmerken dat de BMW in deze uitvoering 'VET' is. Deze tevreden midveertiger denkt daarbij aan begrippen als kwaliteit, stabiliteit, soevereine dynamiek en ontbreken van lawijt. Op zijn originele lichtmetalen velgen rolt de BMW, nu braaf op LPG. De auto is groot genoeg om 'breed' te rijden. Voor mensen die hun rijbewijs niet in dienst 'op' een dikke DAF hebben gehaald: rijdt zo, dat iedereen duidelijk ziet dat jij in elk geval niet aan de kant gaat. Riant in de zetels vraagt het enige beheersing om niet pontificaal met een uitgestoken elleboog uit het open raam te gaan rijden. Te veel grappen uit het verleden van de Manta A types zorgen voor zelfbeheersing. Toen deze automobielen nog maar net niet begeerlijk waren werden ze wel tamelijk vaak gereden door lieden die drie Rolexen per pols een absoluut acceptabel minimum vonden, maar intussen heeft de klasse van de BMW toch weer overwonnen. De rit blijft dus stijlvol. We durven zelfs geen zonnebril op te zetten. Rijden in de BMW gaat met alle gemak overigens structueel te snel. En dan was er ook nog een hoop tekst en uitleg nodig over de groene platen die voor de foto's even uit beeld waren gehaald. Gelukkig hadden we niet met een Gatso kast, maar met twee agenten van vlees en bloed te maken. En hun radar gun. Ze wilden niet met hun vangst op de foto. Dat had er prettig veel mee te maken dat deze autoliefhebbers achteraf een spontaan defect aan hun Star Wars gereedschap concludeerden. Het defect werd aangeduid door het getal '121' terwijl alle partijen het er over eens waren dat er zeker niet sneller dan 80-85 werd gereden. In elk geval nog geen negentig.

Flitsvast
Ook bij snelheden boven de negentig blijft de kwaliteit van de 3.0 overeind. Afgetankt en beladen weegt de BMW over de anderhalve ton. En dat is duidelijk een maatje te groot om te skelteren. Op de Autobahn blijkt zo'n 73'er het prettigst te rijden bij ongeveer 150. Aan het eind van het rechte eind moeten er ongeveer 200 echte kilometers op de teller zijn te krijgen. Terug in Holland blijkt de BMW braaf bij -wij zeggen 120- de teller noemt het 130. In alle genoemde gevallen is de Duitse omschrijving van de wegligging niets beter aan te duiden dan dat wij voelen: "Satt". Dat is passend. In de bochten helt de koets over. Niet verder dan dat het hoort. Freude am Fahren. Soms kloppen marketing kreten. En deze auto verdient een baasje dat hem koestert en dat hem niet vergelijkt met zoiets banaals als een Peugeot 406 met 25% bijtelling.

We zijn blij dat Bas ons inseinde. Gegadigden wacht een eerste ontmoedigingsgesprek. Met Bas zelf. Ons advies is: Luister niet naar die man! 06-50655632 of www.cultcars.nl

De onderdelen en de techniek
De 3.0 CS is nooit goedkoop bedoeld geweest. En dat merken we nu nog steeds. Voor de CS zijn nooit heel veel extra- of naslagplaatwerkdelen gemaakt. En dat gaan we steeds meer merken. Technische delen zijn dus redelijk verkrijgbaar maar duur. Plaatwerk en glimmertjes zijn schaars. En duurder.

Gasbestendigheid
Deze zescilinders waren in hun tijd High Preformance motoren. Menig BMW dealer durfde er niet eens aan te werken. Als er bij u gedateerde, traceerbare facturen zitten, beperkt dat de risico's. Deze blokken waren nooit gedacht om eens fijn en spaarzaam op LPG te gaan toeren. Een LPG installatie is doorgaans snel dodelijk voor een niet gereviseerd blok.

De Club
BMW Coupé Club Nederland, Dick Bosscher, 023-5253311, www.bmw.nl/clubs

Toenmalige Importeur: Imp. Alimpo N.V., Den Haag 070-184843

Huidig Prijsniveau
Ondanks hun verre van OPEL VECTRA achtige dienstbaarheid, hebben de drieliters inmiddels een stevig prijskaartje. Auto's van minder dan 8 mille kunnen het best als donoren gezien worden. Zoals we al melden: Slechte 3.0 Cssen geven een heel nieuwe dimensie aan het begrip 'slecht'. Zo'n werkhuis zien wij niet als restauratiebasis. Redelijk tot goede exemplaren 'gaan' voor bedragen tussen de f 12.500,-- en de f 17.500,--. Ook in die gevallen kan het in (bijna) concoursstaat brengen nog veel, erg veel gaan kosten. En dat weegt niet op tegen de aanschaf van een -in de buurt van- perfect exemplaar dat momenteel een vraagprijs tussen de f 25.000,-- en net in de f 20.000,-- zal hebben.

Met dank aan BMW specialist Cult Cars voor het ter beschikking stellen van deze schoonheid.

Gepubliceerd door Henk Eland 12-2001

Terug naar het overzichtNaar overzicht